DISPERS kan
worden ingezet om de overlevingskansen van
organismen in een gebied te testen. Dit kan als het gebied onveranderd
blijft,
maar met name daar waar natuuringrepen worden overwogen kan men van te
voren de
effecten hiervan op termijn testen.
Voorbeelden: het effect van vergroting of verkleining van een
natuurterrein of
het effect van het maken van verbindingszones en het wegnemen of
aanpassen van
barrières.
Voorbeeld: zie de de figuren hierboven.
De kansen dat Poecilus lepidus, een middelgrote groen / koperkleurige loopkever van droge schrale terreinen, van Doktersveen naar Langaarveen (NW-Drenthe) loopt zonder (links) en met een schrale verbindingsbaan van 50m breed. De puntjes geven de eindposities weer van 100 individuen na 1 jaar lopen.
Waarom
Dispers
DISPERS werd
oorspronkelijk gebruikt om velddata van
loopkevers en later ook vlinders in te voeren om voorspellingen te
kunnen doen
over het gedrag (vooral de dispersie) van de dieren. Nu kan DISPERS
gebruikt
worden voor alle diersoorten zolang die zich in min of meer
willekeurige
richtingen verplaatsen en direct op hun omgeving reageren. Het
programma is
ontwikkeld om de effecten van veranderingen in het landschap door
natuurontwikkelingen en/of ingrepen te bestuderen. Door deze effecten
van
tevoren te bestuderen, kunnen lange en dure verbreidingproeven in het
veld
worden voorkomen. Het model werkt zoals gezegd met veldgegevens van een
organisme waarmee gesimuleerd wordt in plattegronden van een landschap.
Hoe
werkt Dispers?
In DISPERS wordt een
aantal individuen van een soort
losgelaten in een gebied. In dit gebied gaan de individuen zich
verbreiden
volgens opgegeven definities. Hierbij kunnen ze tegen geschikt en
ongeschikt
leefgebied, barrières etc. aanlopen. In bepaalde gebieden
kunnen ze zich
voortplanten, in andere gebieden weer uitsterven. En dit voor een groot
aantal
generaties. Na verloop van tijd wordt het duidelijk waar ze terecht
zijn
gekomen, waar ze zich hebben kunnen handhaven en waar ze zijn
uitgestorven.
Herkomst van de individuen is inmiddels ook na te gaan
(connectiviteit).
DISPERS is oorspronkelijk ontwikkeld voor min of meer random
verbreidende
organismen zoals loopkevers, waarvoor gegevens uit het veld beschikbaar
zijn.
Inmiddels is het model zo aangepast dat er ook simulaties met niet
random
verbreidende soorten, zoals sommige vlinders, vogels, zoogdieren,
kunnen worden
uitgevoerd. Voorwaarde is dat dan de juiste gegevens voor die soorten
worden
ingevoerd.